Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Mijn erfenis is Mij [26]een gesprenkelde vogel; de vogelen zijn rondom tegen haar; komt aan, verzamelt, al gij gedierte des velds, komt om te eten! 26. Dat is, als een vreemde onbekende vogel, die [niet mijn livrei, maar] vele vreemde verven heeft, waar alle andere vogels zullen naar toe vliegen om dien te vernielen. Anders: is [niet] mijne erfenis mij een gevingerde, of geklauwde roofvogel, tegen welken de roofvogels rondom [vliegen]? Te weten de vijanden van alle kanten; of, o gij vogels, [vliegt] rondom tegen haar. Vergelijk Jes.18:6, Ezech.39:17, enz.